[ad_1]

Op 30 en 31 mei 2023 vindt in het Koninklijk Instituut voor de Tropen, het KIT, de Resource Wende Conferentie plaats. Op deze bijeenkomst wordt een systemisch scenario om de grondstoffencrisis aan te pakken gepresenteerd en besproken. Een scenario dat complementair is aan het bestaande Nationaal Programma Circulaire Economie 2023-2030 en de European Critical Raw Materials Act. Wat is de Europese en Nederlandse strategie als de gewenste grondstoffenvoorziening niet kan worden gerealiseerd? Veel mensen realiseren zich niet dat het einde van de voorraden nabij is. Veel materialen die we nodig hebben voor voor een duurzame transitie zijn er spoedig niet meer. 

Lees hier de blog van initiatiefnemer Wouter van Dieren over dit event: “Het is 2023 en de Grenzen aan de Groei zijn bereikt.”

Dinsdag 30 mei: De ongemakkelijke waarheid

Op deze dag laten prominente sprekers de ernst van het grondstoffenprobleem zien, evenals de impact op de energietransitie, onze samenleving en de wereldwijde geopolitieke verhoudingen. In de middag kun je actief deelnemen aan twee workshoprondes waarin we dieper ingaan op de uitdagingen die de vraag naar grondstoffen op economie, samenleving en duurzaamheidstransities met zich meebrengt. De dag wordt afgesloten met een levendige discussie met leiders uit de industrie over de impact van de grondstoffencrisis op hun toeleveringsketens, het vestingingsklimaat en de kansen om het grondstoffenverbruik, de kosten en de footprint te verlagen.

Sprekers, panelleden en workshopbegeleiders zijn onder andere Harald Sverdrup (professor Inland Norway University of Applied Sciences) Simon Michaux (deskundige mijnbouwindustrie, industriële recycling industrie en Critical Raw Materials (CRM), Finland), Nienke Homan (VNCI), Marco Waas (Nobian), Herman Mulder (True Price, Impact Economy Foundation, SDG Netherlands), Werner Schouten (Impact Economy Foundation), Tjeerd Jongsma (ISPT), Herman van der Meyden (Shell Energy Transitions), Hans van der Weijde (Tata Steel). Dagvoorzitter is Harm Edens.

Woensdag 31 mei: Alternatieve systemische oplossingen

Op deze dag hebben we het over de mogelijkheden die de vraag naar grondstoffen doen afnemen en tegelijkertijd duurzaamheidstransities versterken. In de ochtend gaan we in op overheidsinitiatieven, zoals de European Critical Raw Materials Act. en de Nationale Grondstoffenstrategie en het Nationaal Programma Circulaire Economie. Maar ook op het publiek-private voorstel van de Club van Rome. In de middag kun je deelnemen aan een workshop waarin oplossingen voor verschillende aandachtsgebieden worden besproken (Resource Management, Klimaat & Energie, Economie, Geopolitiek, Circulaire Economie, Biodiversiteit). De tweede dag wordt afgesloten met een discussie over de samenhang tussen de Resource Wende en de bestaande overheidsinitiatieven, gevolgd door een overhandiging van een Resource Wende-voorstel aan leiders uit de politiek en de industrie.

Sprekers, panelleden en workshopbegeleiders zijn o.a. Tom Berendsen (EU Parlementslid), Jan Peter Balkenende (Emeritus hoogleraar Governance, Institutions and Internationalisation aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, extern adviseur Ernst & Young), Matthéüs van de Pol (Programmaleider Uitvoeringsprogramma Circulaire Maakindustrie), Harald Sverdrup (professor Inland Norway University of Applied Sciences), Simon Michaux (deskundige mijnbouwindustrie, industriële recycling industrie en Critical Raw Materials (CRM), Finland), Sandrine Dixson Declève en Carlos Pereira (Club van Rome), Meindert Stolk (gedeputeerde Provincie Zuid-Holland) en de Jonge Klimaatbeweging. Dagvoorzitter is Harm Edens.

Meer informatie en het aanmelden

Foto: Kopermijn in Roemenië | foto: Christian Bortes via Wikipedia

[ad_2]

Source link

[ad_1]

Evenementenhal Gorinchem, onderdeel van Easyfairs Nederland B.V., kondigt met trots aan dat er 4800 zonnepanelen op het dak van Evenementenhal Gorinchem worden geplaatst. Deze zonnepanelen dragen bij aan de ESG-strategie van Easyfairs, die gericht is op duurzaamheid en verantwoord ondernemen.

Met de plaatsing van de zonnepanelen zal Evenementenhal Gorinchem in staat zijn om 2 megawatt aan vermogen op te wekken. Het totale vermogen van deze panelen is meer dan het verbruik van de locatie, wat betekent dat het overschot terug kan worden geleverd aan het netwerk. De panelen worden geplaatst door Novar (voorheen SolarFields), een gerenommeerd bedrijf op het gebied van duurzame energie. 

Maurice Schlepers, operationeel verantwoordelijke van Easyfairs Nederland, is enthousiast over de plaatsing van de zonnepanelen. Hij zegt: “Met de plaatsing van de zonnepanelen zetten we een belangrijke stap in de richting van een duurzame toekomst. We zijn trots dat we als evenementenlocatie kunnen bijdragen aan een beter milieu en een duurzamere samenleving.”

Het volledige dak van Evenementenhal Gorinchem is onlangs gerenoveerd en voorzien van een wit siliconen dak. Dit heeft niet alleen een positief effect op de duurzaamheid van de locatie, maar ook op het klimaat in de warme maanden. Het witte dak reflecteert namelijk meer zonlicht, waardoor de binnentemperatuur in de zomermaanden lager blijft. Hierdoor is er minder energie nodig om de locatie te koelen, wat resulteert in een lager energieverbruik en dus een lagere CO2-uitstoot.

Daarnaast is de technische installatie aangepast, zodat op termijn de capaciteit aan autolaadpalen fors kan uitbreiden. Schlepers zegt hierover: “Met deze aanpassing willen we ons voorbereiden op de toekomst van elektrisch rijden en onze klanten de mogelijkheid bieden om op locatie op te laden.”

De plaatsing van de zonnepanelen zal naar verwachting eind mei 2023 worden voltooid.

[ad_2]

Source link

[ad_1]

Klimaat- en energieminister Jetten heeft vandaag namens het kabinet extra maatregelen aangekondigd om de klimaatdoelen in 2030 te halen. Met dit pakket maakt Nederland in een keer de benodigde inhaalslag, worden de lusten en lasten zo eerlijk mogelijk verdeeld en de groene economie van de toekomst versterkt. Van alle sectoren wordt een extra bijdrage gevraagd. De maatregelen zorgen voor een extra uitstootvermindering van circa 22 megaton, waarmee de doelstelling van 55%-60% minder CO2-uitstoot in 2030 ten opzichte van 1990 naar verwachting gehaald wordt.

Klimaatverandering beperken tot 1.5 graad

De wereld staat voor de uitdaging om klimaatverandering tegen te gaan en de opwarming van de aarde te beperken tot maximaal 2°, en bij voorkeur 1.5° Celsius. Op Nederland rust als welvarend land dat veel uitstoot heeft veroorzaakt ook verantwoordelijkheid om de uitstoot voortvarend omlaag te brengen en zo een bijdrage te leveren aan het voorkomen van steeds ernstigere gevolgen van klimaatverandering. Nederland maakt de komende decennia een transitie door die van iedereen wat zal vragen. Tegelijkertijd is het kabinet ervan overtuigd dat Nederland deze uitdaging als creatief, innovatief en ondernemend land aankan. En dat het veel kan opleveren: de grote omwenteling zal Nederland mooier, schoner en innovatiever maken.

Minister Jetten: “Nederland heeft jarenlang achter de klimaatdoelen aan gehobbeld. Nu is het tijd om de grote sprong te maken. Tegelijkertijd moeten alle Nederlanders de transitie mee kunnen maken. Juist ook de mensen voor wie dat nu nog minder geldt. Klimaatbeleid moet werken voor iedereen. Daarom gaan we met subsidie stimuleren dat er meer zonnepanelen op huurwoningen komen te liggen en gaan we met voorrang aan de slag met de verduurzaming van de meest tochtige huizen in de meest kwetsbare wijken.”

Klimaatpakket: rechtvaardig, uitvoerbaar, ambitieus

In dit pakket ligt de nadruk op uitvoerbare maatregelen. Het kabinet vindt het daarnaast cruciaal dat het klimaatbeleid voor iedereen gaat werken, ongeacht woonplaats, leeftijd of inkomen. In het bijzonder óók voor mensen die vanwege geldzorgen, beperkte tijd of minder digitale vaardigheden nu nog minder goed mee kunnen komen. Het kabinet treft maatregelen om deze groep beter te ondersteunen en te ontzorgen. Tevens kiest het kabinet voor maatregelen die het toekomstig, duurzame verdienvermogen van Nederland versterken. Daar liggen namelijk kansen voor bedrijven om voorop te lopen: met duurzame producten, circulaire productieprocessen of met innovatieve, klimaatvriendelijke toepassingen – de verdienmodellen van de toekomst.

Doelstellingen per sector

De doelstelling is om in Nederland in 2030 ten minste 55% minder CO2 uit te stoten ten opzichte van 1990. Daarbij wil het kabinet zekerheid inbouwen, zodat tegenvallers kunnen worden opgevangen. Het kabinet mikt daarom in de praktijk op een hogere opgave, wat neerkomt op circa 60%. Om het resterende gat te dichten komt het kabinet met een pakket van 22 megaton, in aanvulling op het coalitieakkoord. Van iedere sector een extra bijdrage gevraagd. De omvang van die bijdrage is gebaseerd op de mogelijkheden om binnen de sectoren tot 2030 de CO2-uitstoot sneller omlaag te brengen.

Maatregelen

Duurzame elektriciteit: de elektriciteitssector is in 2035 CO2-vrij. Om dit te bereiken wil het kabinet in 2030 3 gigawatt zonne-energie op zee gerealiseerd hebben, worden gascentrales omgebouwd voor het gebruik van waterstof en wordt een batterijverplichting voor zonneparken ingevoerd.

Duurzame en circulaire industrie: de energie-intensieve industrie is in 2040 netto klimaatneutraal, daar zorgt het Europese emissiehandelssysteem voor. Met dit pakket wordt van de industrie een extra bijdrage gevraagd. Om dit te bereiken worden onder andere nieuwe energiebronnen en -dragers (zoals waterstof) opgeschaald. Het kabinet zet ook in op minder verbranding en meer recycling bij afvalverbrandingscentrales en voert het kabinet een verbod op fossiele warmte-opwekking in voor nieuwe en te vervangen industriële productie-installaties. Om de overgang naar een circulaire industrie te versnellen moeten vanaf 2027 alle plastics voor minimaal 25 tot 30% bestaan uit hergebruikt- of biomateriaal. Ook verhoogt het kabinet het ambitieniveau van de maatwerkafspraken zodat via deze route meer emissies bij de grootste uitstoters worden gereduceerd.

Duurzame gebouwen en kantoren: in 2050 zijn alle gebouwen uitstoot- en aardgasvrij. Dit wordt uitgewerkt in een norm. Om dit doel te halen trekt het kabinet de komende jaren extra geld uit voor de verduurzaming van woningen in kwetsbare wijken waar energie-armoede voorkomt en wil het kabinet met subsidie stimuleren dat er meer zonnepanelen op huurwoningen komen te liggen. Door normering stimuleert het kabinet dat er meer biobased wordt gebouwd. Voor bedrijventerreinen en mkb’ers ontwikkelt het kabinet een gerichte ontzorgingsaanpak.

Duurzaam vervoer en transport: in 2050 rijden we in Nederland schoon – zonder uitstoot van schadelijke uitlaatgassen. Het kabinet wil het aandeel elektrische auto’s voor werkverkeer laten groeien. Werkgevers worden geprikkeld om het gebruik van elektrisch auto’s, OV, of de fiets door werknemers te stimuleren. Om elektrisch rijden voor een grote groep Nederlanders snel aantrekkelijk te maken, subsidieert het kabinet de aanschaf van een tweedehands elektrische auto. Tegelijkertijd investeert het kabinet in extra laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen, zodat een snellere uitrol van elektrisch rijden ook echt mogelijk is in stad én regio.

Duurzame landbouw: in 2050 is er sprake van duurzame landbouw en landgebruik. Het kabinet kiest hiervoor één integrale aanpak waarbij de uitdagingen op het gebied van klimaat, milieu, water en stikstof via het landbouwakkoord en het nationaal programma landelijk gebied worden geadresseerd. Hiermee moet de taakstellende opgave van 5 megaton CO2-reductie in 2030 worden ingevuld. Ook heeft het kabinet met de sector afspraken gemaakt over versnelde verduurzaming van de glastuinbouw door de invoering van een CO2-belasting in combinatie met de uitrol van warmtenetten en subsidie (SDE++) voor de toepassing van warmtepompen.

Fiscale aanpassingen: de energiebelasting wordt aangepast zodat verduurzaming loont en vervuilers meer betalen. Er komt een nieuw verlaagd tarief voor een deel van het gasverbruik van huishoudens en een apart belastingtarief voor waterstof, dat lager is dan het tarief voor gas. Het kabinet schaft het fiscale voordeel voor kolen per 1 januari 2028 af en zal in de Miljoenennota voorstellen of, en zo ja hoe, resterende fiscale vrijstellingen voor fossiele energie kunnen worden afgebouwd.

Klimaatfonds

Het klimaatfonds is het belangrijkste instrumenten om de maatregelen te financieren. Ter voorbereiding op de besluitvorming over dit pakket zijn in totaal ruim tachtig maatregelen ingediend bij de minister voor Klimaat en Energie en vervolgens onafhankelijk beoordeeld door het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). In totaal wordt er 28,1 miljard euro vrijgemaakt voor klimaatuitgaven.

[ad_2]

Source link

[ad_1]

Evenementenhal Gorinchem, onderdeel van Easyfairs Nederland B.V., kondigt met trots aan dat er 4800 zonnepanelen op het dak van Evenementenhal Gorinchem worden geplaatst. Deze zonnepanelen dragen bij aan de ESG-strategie van Easyfairs, die gericht is op duurzaamheid en verantwoord ondernemen.

Met de plaatsing van de zonnepanelen zal Evenementenhal Gorinchem in staat zijn om 2 megawatt aan vermogen op te wekken. Het totale vermogen van deze panelen is meer dan het verbruik van de locatie, wat betekent dat het overschot terug kan worden geleverd aan het netwerk. De panelen worden geplaatst door Novar (voorheen SolarFields), een gerenommeerd bedrijf op het gebied van duurzame energie. 

Maurice Schlepers, operationeel verantwoordelijke van Easyfairs Nederland, is enthousiast over de plaatsing van de zonnepanelen. Hij zegt: “Met de plaatsing van de zonnepanelen zetten we een belangrijke stap in de richting van een duurzame toekomst. We zijn trots dat we als evenementenlocatie kunnen bijdragen aan een beter milieu en een duurzamere samenleving.”

Het volledige dak van Evenementenhal Gorinchem is onlangs gerenoveerd en voorzien van een wit siliconen dak. Dit heeft niet alleen een positief effect op de duurzaamheid van de locatie, maar ook op het klimaat in de warme maanden. Het witte dak reflecteert namelijk meer zonlicht, waardoor de binnentemperatuur in de zomermaanden lager blijft. Hierdoor is er minder energie nodig om de locatie te koelen, wat resulteert in een lager energieverbruik en dus een lagere CO2-uitstoot.

Daarnaast is de technische installatie aangepast, zodat op termijn de capaciteit aan autolaadpalen fors kan uitbreiden. Schlepers zegt hierover: “Met deze aanpassing willen we ons voorbereiden op de toekomst van elektrisch rijden en onze klanten de mogelijkheid bieden om op locatie op te laden.”

De plaatsing van de zonnepanelen zal naar verwachting eind mei 2023 worden voltooid.

[ad_2]

Source link

[ad_1]

Onlangs is energieproducent HYGRO verhuisd naar hun nieuwe locatie ‘Titaan’ in Den Haag. Het bedrijf dat gespecialiseerd is in waterstofsysteemintegratie en bekendheid geniet door hun waterstofwindmolen in Wieringermeer, heeft de ambitie om het kantorencomplex Titaan van verhuurder Unknown Group zelfvoorzienend te maken met behulp van waterstof uit zonne-energie als energiebron en ‘accu’.

Het zelfvoorzienende energiesysteem voor innovatiehub Titaan moet mogelijk worden door gebruik te maken van waterstofproductie via elektrolyse, gevoed door de zonnepanelen op het dak. De opslag van de waterstof gebeurt in drukvaten, vervolgens wordt deze op de noodzakelijke momenten omgezet naar elektriciteit en warmte door gebruik te maken van een brandstofcel. Onderzocht wordt of eventuele overschot aan energie teruggeleverd kan worden aan het BinckNet. De elektrolyse testopstelling bedoeld voor onderzoek & ontwikkeling zou eind 2023, begin 2024 gereed moeten zijn.

Douke Visserman, Business Developer waterstof toepassingen bij HYGRO, “Met dank aan de financiële ondersteuning van de gemeente Den Haag brengen we met dit project de missie van HYGRO, ‘waterstof als primaire energiedrager’, weer een stap dichterbij door de ontwikkeling van een energieopslagsysteem voor het Titaan kantoor.”

Opmerkelijk project: kantoorpand op waterstof

De ambitie is om Titaan het eerste kantoorpand te maken dat, door middel van waterstof, zelfvoorzienend is in zijn energievoorziening. Het te ontwerpen energieopslagsysteem zal onder andere waterstofproductie, -opslag en -gebruik combineren voor de voorziening van elektriciteit en warmte.

HYGRO Technology is binnen het project verantwoordelijk voor de simulatie en ontwerp van het energiesysteem en de elektrolyser testopstelling. Huygens Engineers levert een bijdrage aan de ontwikkeling en realisatie van de test opstelling en aanpassing van de vermogens elektronica van de elektrolyser. Unknown Group levert de energiedata van het gebouw aan en is tevens eigenaar van Titaan. Gemeente Den Haag ondersteunt deze ontwikkeling middels een subsidie om samenwerking tussen innovatieve ondernemers in Den Haag te stimuleren. De gemeente Den Haag heeft als doel om met onder andere deze subsidie meer R&D en innovaties in de stad plaats te laten vinden.

Saskia Bruines (wethouder Economie gemeente Den Haag): “Den Haag richt zich met ImpactCity op startende en groeiende bedrijven die de duurzame economie versnellen. HYGRO is gestart in Apollo14 en nu verhuisd naar de Titaan waar ze kunnen groeien. En dat is wat we willen. Innovatieve ondernemers in onze stad de ruimte geven. Met hun waterstofsysteemintegratie is HYGRO een belangrijke gamechanger voor de energietransitie. Ik ben blij dat zij vanuit de Titaan hun innovatieve activiteiten verder kunnen ontwikkelen en onderdeel zijn van het Haagse netwerk van impact bedrijven.”

Nevendoel: waterstofproductie testopstelling voor elektrolyse

Een nevendoel is het realiseren van een waterstofproductie testopstelling en –omgeving voor elektrolyse bij Titaan. HYGRO Technology en Huygens Engineers kunnen werken aan het verbeteren van de efficiëntie van een elektrolyser gevoed door zonne energie. De verwachting is dat de efficiëntie van het elektrolyse proces in Titaan op een vergelijkbare manier kan worden verbeterd zoals HYGRO dit ook met de waterstofwindmolen in de Wieringmeer wil doen, maar dan nu door integratie met zonne energie. Cruciaal bij deze ontwikkeling is dat het systeem moet kunnen werken onder dynamische omstandigheden zodat het direct gekoppeld aan wind of zonne energie optimaal functioneert. Door het verbeteren van de efficiëntie van het waterstofproductieproces neemt de terugverdientijd, en daarmee de haalbaarheid, van waterstof energieopslagsystemen voor gebouwen zoals Titaan significant toe.

Rachelle Brusselaars, Operations Director Titaan: ”We zijn erg enthousiast over de samenwerking met HYGRO in Titaan. Wij geloven dat dit project meer deuren zal openen om te voldoen aan de energiebehoeften wereldwijd en zo de overgang naar schone energie zal versnellen. In onze innovatiehub willen we meer gelijksoortige projecten de kans geven hun innovaties te testen en showcasen, om zo ons steentje bij te dragen aan de belangrijkste transities.”

Langdurige opslag waterstof

Veel partijen willen graag investeren in zonne-energie maar door netcongestie is dit minder aantrekkelijk. Daarnaast zien investeerders in zonne-energie dat wanneer er sprake is van veel productie, als de zon veel schijnt, deze juist een lage marktwaarde heeft. Dit tast de business case voor zonne-energie aan.

Verder blijkt dat de energievraag vaak niet samenvalt met het moment van productie waardoor alleen langdurige opslag dit gat kan opvangen. Iets dat met waterstof goed mogelijk is.

Aangezien de warmtevraag en elektriciteitsvraag in kantoren zoals Titaan vaak samenvalt kan de warmteproductie van een brandstofcel in deze situatie tot extra synergievoordelen leiden. De energievraag in kantoren is hoog in de winter terwijl de energieproductie (uit zon) dan laag is. Hiervoor biedt seizoensopslag met waterstof een oplossing.

Een energieopslagsysteem zoals deze biedt ook de functionaliteit van noodstroomvermogen. Dit is toepassing die in veel gebouwen gewenst is en in de toekomst steeds belangrijker wordt door een instabieler elektriciteit systeem, veroorzaakt door de grote fluctuerende duurzame energie stromen.

Ook kan een dergelijk energieopslagsysteem met waterstof een oplossing bieden voor de energievoorziening van nieuwe kantoren en appartementen waar op dit moment geen capaciteit is op het elektriciteitsnet voor een voldoende grote netaansluiting.

[ad_2]

Source link

[ad_1]

Groendus en HyET Solar gaan exclusief samenwerken in het ontwikkelen van projecten met oprolbare zonnefolie op bedrijfsdaken. De innovatieve zonnecellen van HyET zijn extreem lichtgewicht en flexibel. Ideaal voor bedrijven met een minder sterke dakconstructie en voor afwijkende oppervlaktes. Door de samenwerking met Groendus kunnen Nederlandse bedrijven profiteren van de vele voordelen van deze zonnefolie, zonder hoge investeringskosten.

Duurzame voorlopers uit Nederland

Groendus en HyET Solar hebben een exclusieve samenwerking getekend voor de ontwikkeling van projecten met zonnefolie op bedrijfsdaken. Met deze samenwerking kunnen bedrijven profiteren van zelfopgewekte groene energie zonder dat zij zelf hoeven te investeren in een installatie en zonder dat ze hun dak hoeven te versterken. Zij kunnen hun energieverbruik bovendien maximaal vergroenen in combinatie met Groendus opslag, energiesturing en de Energiemarktplaats

De zonnefolie van HyET Solar is een innovatie van Nederlandse bodem. Doordat het zeer lichtgewicht en buigzaam is, biedt het meer gebruiksmogelijkheden dan de standaard glazen zonnepanelen. De folie is bovendien ATEX gecertificeerd. Deze certificering garandeert extra veiligheid en maakt dat de folie toepasbaar is in brand- en explosiegevoelige omgevingscondities. Dit opent de weg voor industriële oppervlakten die normaalgesproken onbruikbaar zijn voor de opwek van zonne-energie. Bovendien zijn deze zonnecellen een stuk milieuvriendelijker. De CO2-voetafdruk per watt-peak zonnefolie is tot wel 80% kleiner dan van traditionele zonnepanelen. En de folie bestaat voor 99% uit recyclebaar plastic; er is dus geen glas, aluminium en silicium van buiten Europa nodig.

De flexibele zonnecellen zijn al in gebruik bij early investor Vopak. Met Vopak als klant heeft HyET Solar een sterke voorbeeldpositie in de markt. En met de exclusieve samenwerking met Groendus hopen beide bedrijven een nog grotere bijdrage te kunnen leveren aan de energietransitie.

Groene energie voor iedereen

“We zijn heel blij met deze samenwerking met HyET Solar. Het is een mooie manier om deze Nederlandse innovatie te kunnen laten groeien” zegt René Raaijmakers, directeur van Groendus. “We zien dat veel bedrijven zelf groene stroom willen opwekken. Maar lang niet alle bedrijven hebben een geschikt dak voor traditionele zonnepanelen. Met HyET kunnen we ook deze bedrijven helpen om hun energieverbruik te verduurzamen en tegelijkertijd hun energiekosten te verlagen.”

“Onze samenwerking met Groendus is een belangrijke stap in de Nederlandse energietransitie” zegt Rombout Swanborn, CEO van HyET Solar. “We zijn ervan overtuigd dat de combinatie van onze innovatieve zonnefolie en Groendus’ expertise in gefinancierde installatie de weg vrijmaakt voor bedrijven om hun dakoppervlakken om te zetten in groene energiebronnen. Bovendien zijn we er trots op dat we als Nederlandse bedrijven deze duurzame innovatie kunnen leveren aan de markt.”

[ad_2]

Source link

[ad_1]

Na Ahold Delhaize, durft ook ING niet de klimaatambitie te tonen die nodig is om gevaarlijke klimaatverandering te voorkomen. Dat bleek maandag tijdens de algemene aandeelhoudersvergadering van de bank, in het Muziekgebouw in Amsterdam. CEO Steven van Rijswijk committeerde zich niet aan het klimaatakkoord van Parijs, nadat activistische aandeelhouders van Milieudefensie hem hiertoe opriepen. 

Ongeveer 70 vrijwilligers met een aandeel waren samen met Milieudefensie aanwezig om CEO Steven van Rijswijk kritisch te ondervragen over de klimaatplannen van de bank. Zij vroegen met klem of de bank haar CO2-uitstoot in 2030 met minimaal 45% gaat reduceren ten opzichte van 2019. Daarin moet het concern de gehele keten meerekenen: van grondstoffen tot het gebruik van verkochte producten (in vaktermen scope 1, 2 en 3).

Nieuwe klimaatrechtszaak

Campagneleider Peer de Rijk van Milieudefensie hoorde een duidelijke ‘nee’ van CEO Van Rijswijk: “99% van de uitstoot van ING ontstaat door financiering in vervuilende bedrijven of projecten. Deze uitstoot, ook wel scope 3, wordt onvoldoende meegenomen in de berekeningen van de bank. ING committeert zich daarom niet aan het klimaatakkoord van Parijs en dat kan grote juridische gevolgen hebben. De gevaarlijke klimaatcrisis vereist dat bedrijven nú verantwoordelijkheid nemen.” De bank staat op de lijst van grote vervuilende bedrijven waar Milieudefensie mogelijk een nieuwe klimaatrechtszaak tegen aanspant. Uit een onlangs verschenen rapport van BankTrack blijkt dat ING opnieuw de meest vervuilende bank van Nederland is. In 2022 financierde de bank fossiele bedrijven voor meer dan 5 miljard dollar.

De Colombiaanse Cindy Onclin, geboren in Quibdó, een regio ten westen van Medellín: “ING is wereldwijd actief en de klimaatschade die de bank veroorzaakt houdt zich niet aan landsgrenzen. In Colombia zag ik de directe gevolgen van klimaatverandering: modderstromen die huizen verwoesten, warmer weer en langere droogtes. Het is hoog tijd dat ING stopt met het financieren van verwoestende projecten.”

Stellantis en BAM nemen de klimaatcrisis wel serieus

Activistische aandeelhouders van Milieudefensie waren op 12 april al aanwezig op de vergadering van Ahold Delhaize om dé klimaatvraag te stellen. De multinational deed geen duidelijke toezegging om beleid te maken dat in lijn is met het klimaatakkoord van Parijs. Autobedrijf Stellantis en bouwconcern BAM zegden wél toe, nadat ze daartoe door aandeelhouders van Milieudefensie werden opgeroepen.

Stormachtig aandeelhoudersseizoen

Vrijwilligers en leden van Milieudefensie trapten deze maand een stormachtig aandeelhoudersseizoen af dat begon bij Ahold Delhaize in Zaandam en in juni zal eindigen met de aandeelhoudersvergadering van Air France-KLM in Parijs. In totaal bezoeken zij 20 aandeelhoudersvergaderingen van beursgenoteerde bedrijven in Europa en de Verenigde Staten.

[ad_2]

Source link

[ad_1]

Een groot deel van de Nederlanders ziet een actieve rol weggelegd voor de vakbond als het gaat om veranderende werkgelegenheid ten gevolge van klimaatbeleid. Dat is één van de conclusies uit het onderzoek van I&O Research én de eigen klimaat-enquête die vakbond FNV heeft gehouden.

‘De stem van de werkenden is juist nú belangrijk, want klimaatbeleid heeft impact op hen, omdat banen kunnen veranderen, verdwijnen of verschijnen, en dat onderschrijft deze enquête’, vertelt Bas van Weegberg, lid van het dagelijks bestuur van FNV. Op het FNV KlimaatWerk event, zaterdag 22 april in Utrecht, worden de onderzoeksresultaten verder toegelicht, evenals de nieuwe Klimaatvisie waaraan de FNV werkt.

Onderzoek I&O Research

In zowel het onderzoek van I&O Research als de vakbondsenquête (pdf) komt naar voren dat Nederlanders van mening zijn dat vakbond FNV een rol moet spelen bij de eerlijke verdeling van de kosten van klimaatbeleid. Ruim 70% vindt dat die kosten betaald moeten worden door de grootste uitstoters van broeikasgassen. Van Weegberg: ‘Elke dag werken wij als FNV aan een rechtvaardig Nederland. Dit betekent ook rechtvaardig klimaatbeleid, zodat een duurzame samenleving er voor íedereen is. Onze achterban vraagt dat ook van ons en de resultaten uit de onderzoeken bevestigen dit beeld.’

65%, van de respondenten van de klimaat-enquête van FNV is van mening dat FNV de overheid moet aansporen om ambitieus en rechtvaardig klimaatbeleid uit te voeren. 63% vindt dat de vakbond bedrijven moet aansporen om duurzamer te werken. Van Weegberg: ‘Terwijl onze bestaanszekerheid op het spel staat, profiteren aandeelhouders en CEO’s van de uitbuiting van mens en natuur. Dat is onacceptabel. We willen én moeten naar een ander systeem toe, dat gericht is op het vergroten van menselijk welzijn, binnen de grenzen van de planeet. De samenleving waar we naar streven, kan immers alleen bestaan op een leefbare aarde.’

Voelsprieten van de werknemers

De meerderheid van de respondenten van de FNV klimaat-enquête (64%) en het I&O Research onderzoek (67%) vindt het belangrijk dat werknemers kunnen meedenken over duurzaamheidsplannen van hun bedrijf. Tegelijkertijd geeft slechts 27% van de FNV enquête-respondenten en 37% van de I&O Research onderzoeksrespondenten aan dat de werkgever ook die ruimte aan werknemers biedt om mee te denken. ‘Onze leden en hun collega’s staan midden in de praktijk van bedrijven en organisaties en hebben een grote hoeveelheid kennis over werk- en productieprocessen. Met hun ‘voelsprieten’ zien ze vaak beter dan directies welke kansen en belemmeringen er zijn voor vergroening. Iedere transitie die voorbijgaat aan de inzichten van de werkvloer is dan ook bij voorbaat kansloos’, stelt van Weegberg. Vakbond FNV heeft samen met Milieudefensie om die reden een speciale website gelanceerd, jouwbedrijftoekomstproof.nl, om werknemers te helpen om hun bedrijf te vergoenen.

Geen banen op een onleefbare aarde

Van Weegberg: ‘‘There are no jobs on a dead planet’, is een bekende leus in de internationale vakbeweging. De omslag naar een groene economie vereist een snelle afbouw van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen. Dat kan ook veel opleveren. Bijvoorbeeld een gezondere werk- en leefomgeving, woningen met meer comfort en minder energielasten en prettigere manieren van ons verplaatsen. De nieuwe werkgelegenheid die ontstaat, biedt waardevol en boeiend werk voor komende generaties. Daarvoor is het cruciaal dat bedrijven en overheid goede groene banen garanderen.’ De deelnemers aan de klimaat-enquête van FNV sluiten zich met 55% hierbij aan en benadrukken het belangrijk te vinden om te werken voor een bedrijf dat duurzaam opereert.

[ad_2]

Source link

[ad_1]

161 jaar nadat Louis Pasteur voor het eerste pasteurisatie uitvoerde op 20 april 1862 breidt het Deense bedrijf Lyras A/S zijn raslysatie-technologie uit in Nederland. Sinds de uitvinding van Louis Pasteur wordt in de zuivel- en voedselindustrie gepasteuriseerd. Hierbij worden bacteriën in bederfelijke voedselproducten vernietigd door het voedsel kortstondig te verhitten. In de regel wordt uitgegaan van tenminste 15 seconden tot 72 graden celsius verhitten. Hierdoor wordt het aantal microben in bijvoorbeeld zuivel verminderd en blijft tegelijkertijd de smaak en structuur behouden.

Bij deze nieuwe technologie wordt zuivel beschenen met uv-licht waardoor schadelijke bacteriën gedood worden. Hierbij is slechts een tiende van de energie en een derde van het waterverbruik nodig in vergelijking met traditionele pasteurisatie. Raslysatie is ook toepasbaar op sap, wijn en bier, en betekent een revolutie binnen de productie van vloeibare voedingsmiddelen. Ondoorzichtige vloeistoffen worden langs uv-licht geleid, waardoor alle bacteriën effectief worden uitgeschakeld.

Met de technologie van Lyras besparen voedselproducenten, zoals zuivelbedrijven, ook 60 tot 80 procent op het waterverbruik in vergelijking met pasteurisatie en de lastige reiniging van leidingen en tanks. Raslysatie kan worden toegepast op zuivelproducten zoals wei, pekel, sap en vele andere vloeibare voedingsmiddelen. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij Arla Foods Krusaa, waar verpakkingsmanager Vagn Clausen uitlegt:

“Arla Foods Kruså behaalt zowel ecologische als economische voordelen door het microfiltratiesysteem te vervangen door een UV-systeem van Lyras. Afval en energieverbruik worden verminderd, terwijl reiniging en bediening eenvoudiger en goedkoper worden.”

Razendsnelle groei

Het Deense Lyras A/S groeit razendsnel sinds de verkoop van de eerste energiebesparende pasteurisatieapparatuur aan Denemarken, Zweden, de Verenigde Staten, Australië en Spanje, en nu dus ook in Nederland. De technologie heeft al meerdere awards gewonnen, en stond onder meer in de top 25 van de Green Challenge van de Postcode Lotterij. De ambities van Lyras zijn niet beperkt tot alleen een positief rendement. “Het is onze ambitie om een wezenlijk verschil te maken en een aanzienlijke CO2-reductie te creëren”, aldus Rasmus Mortensen. “Wij slagen pas als in de CSR-rapporten van de voedingsmiddelenindustrie te lezen is dat het energie-, water- en chemicaliënverbruik dramatisch is teruggebracht dankzij onze technologie. En hoe meer wij groeien, hoe groener de transitie wordt die wij creëren.”

[ad_2]

Source link

[ad_1]

Been Management Consulting heeft de resultaten van haar onderzoek onder energie-intensieve bedrijven gepubliceerd. Hoe gaan deze grootverbruikers om met de energiecrisis? Hoe raakt dit de transitie naar een duurzaam energiesysteem? Wat verhindert de overstap naar hernieuwbare energiebronnen? Hun antwoorden waren eerlijk, maar confronterend. 

Over het onderzoek

Been interviewde 13 energie-intensieve bedrijven uit de chemische, productie, distributie en transport sector in Nederland. Een representatieve steekproef. Het onderzoek is uitgevoerd in afstemming met Utrecht University, waar co-auteur Teun Aarts zijn Master in Energy Science afrondt. De uitkomsten van het onderzoek worden beschouwd als wetenschappelijk valide.

Een wereldwijde energiecrisis

Energy Transitie expert Tijmen van Diepen over de survey: “We merken dat wereldwijde instabiliteit – oorlog, tekorten, klimaatveranderingen – leidt tot een lokale race om voor leveringszekerheid en duurzaamheid. We vroegen ons af: zou deze crisis de transitie naar een duurzaam energiesysteem kunnen versnellen? Reden voor ons om de survey te starten.”

Hoe gaan grootverbuikers om met de energiecrisis?

Teun: “Bijna elk bedrijf wordt geraakt door de hoge energieprijzen. De meest gehoorde antwoorden zijn: meer energie-efficiëntie creëren, minder energie verbruiken (bijvoorbeeld door productie tijdelijk stil te leggen,) en het verhogen van de prijzen van hun product of dienst. Slechts 3 bedrijven antwoordden dat ze sneller wilden overstappen op hernieuwbare energiebronnen. We vroegen bedrijven dan ook welke barrieres zij tegenkomen bij zo’n switch. Sommigen waren technisch, zoals de moeilijkheid om stoom te vervangen voor een elektrisch alternatief. Toch zijn de meesten systemisch. Waarbij je dus met meerdere spelers in het energiesysteem moet samenwerken.”

De switch naar een duurzaam energiesysteem

Tijmen: “Ik vind dat energie-intensieve bedrijven proactiever moeten zijn in de energietransitie. Dat vraagt wel om een systeemverandering. Een nieuwe manier van denken en doen. In het rapport geven we dan ook aanbevelingen hiervoor. Gebaseerd op onze inzichten en ervaringen in ons werk in de energietransitie.”

[ad_2]

Source link

Berichten paginering